zaterdag 6 november 2010

Bibschool Web Awards

Inderdaad beste bloglezer, het is erg lang stil gebleven op deze site. De verhuisperikelen van de Turnhoutse bibliotheek (natuurlijk te volgen op de biblog) en andere zorgen waren verantwoordelijk voor deze writer’s block.

Het was dus des te meer opmerkelijk dat deze blog bij de nominaties verscheen van de Bibschool Web Awards. Als je laatste post van 2 juli dateert kan je moeilijk gewagen van een schrijfwaterval. Ik zal dus maar veronderstellen dat de keuze voor deze blog het gevolg is van het ontbreken van veel concurrentie. Of mag ik toch op een zekere waardering rekenen voor het af en toe formuleren van een “dwarse” mening? De dweperige fietsverslagen moet je er maar node bijnemen.

Wil je in de toekomst terug meer van dat, verhoog dan de morele druk op ondergetekende door ook uw stem uit te brengen op deze site. En voel zeker geen schroom om hierbij ook uw wereldwijdewebrelaties aan te spreken hetzelfde te doen.

vrijdag 2 juli 2010

Mémoires d’outre-tombe

Niet elke bibliothecaris maakt het mee om vermoord te worden in zijn/haar bibliotheek. Ondergetekende heeft de (betreurenswaardige?) eer om als slachtoffer te mogen figureren in een moordcomplot, uitgedacht door enkele op sensatie beluste medewerkers om de collectie spannende boeken onder de aandacht van het lezerspubliek te brengen. Ze stonden te dringen moord om op te mogen draven in het lijstje van verdachte collega’s en zelfs enkele medewerkers van andere stedelijke diensten boden spontaan hun medewerking aan. Het meest bizarre en vergezochte motief werd bovengehaald waarbij dan ook nog sympathie kon worden opgebracht voor de dader, maar het meest voor de hand liggende, de crime passionel, bleef buiten zicht.

Kortom, ik ben verplicht om me gedurende twee maanden gedeisd te houden wil de opgezette actie ook maar enige kans op succes hebben. Of onderschat ik schromelijk het inlevingsvermogen van de gemiddelde bezoeker van onze Turnhoutse bib?

donderdag 24 juni 2010

Gezien en goed bevonden

Vandaag met de medewerkers de toekomstige tijdelijke locatie van de bib bezocht. Er was het nodige wenkbrauwengefrons bij de confrontatie met de ruimte waar binnen 4 maanden de inkomhal, trap en lift moeten komen. Nu was er nog enkel kaal beton, veel rommel en duisternis maar wacht en zie! De ontwerptekeningen van stadsarchitect Dirk Vandenberghe laten het beste verhopen.

De kennismaking met de eigenlijke bibliotheek- en kantoorruimte daarentegen viel wonderwel mee: veel licht en behoorlijk wat ruimte al moet ook hier nog wel het een en ander worden vertimmerd. Vooral de collega’s die nu hun kantoor in de kelderruimte hebben zagen het wel zitten. Kortom, de algemene mening was dat een langduriger verblijf hier best te doen is. Gelukkig maar, want een bibliotheek verhuizen naar een locatie die niet in de smaak valt van de medewerkers zou het er niet eenvoudiger op gemaakt hebben.

Zoals gezegd zijn bibliotheekkasten en kantoormeubilair reeds ingetekend op het plattegrond, eerste opdracht is nu de aansluitpunten voor stroom- en dataverbindingen in te tekenen zodat een raming kan gemaakt worden van de werken en de opdracht toegewezen. En neem maar van me aan dat je versteld staat van het aantal benodigde aansluitpunten.

Nog 132 dagen (tot de deuren opengaan in Sint-Victor)

woensdag 23 juni 2010

‘t Is geweten

Alles is in kannen en kruiken om het contract met de Broeders van Liefde te ondertekenen en dus verhuist de bib binnenkort naar de schoolgebouwen van Sint-Victor. Je leest er meer over in het bericht op de bibliotheekblog.

Het was geen sinecure om een geschikte locatie te vinden en bovendien was er de tijdsdruk: op 1 november moeten we weg zijn op de huidige plek. Omdat er toch sterke aanwijzingen waren dat uiteindelijk voor Sint-Victor gekozen zou worden, hebben we reeds de inplanting van meubilair en diensten uitgetekend. Alles kan er in en bovendien kunnen we zelfs onderdak bieden aan Strip Turnhout waardoor er reeds gestart kan worden met deze samenwerking uit het visietraject.

Morgen is er een persconferentie waarop de verhuisplannen nader worden toegelicht en bovendien krijgen de medewerkers de kans om hun nieuwe (tijdelijke) werkplek te gaan bekijken. Ik ben benieuwd naar hun reactie.

zondag 13 juni 2010

Meer dan Keuls water

Vrijdag bracht ik samen met enkele andere collega’s een bezoek aan de StadtBibliothek Köln. De trip, georganiseerd én betaald door het Antwerpse provinciale bibliotheekcentrum, bood de mogelijkheid om eens verder te kijken dan de Vlaamse bibliotheekwereld en kennis te maken met de minder gekende Duitse sectorgenoten.

Zentralbibliothek der StadtBibliothek KölnDe Keulse openbare bibliotheek is zeker geen architectonische aantrekkingspool, zoals de meeste gebouwen in de binnenstad trouwens. Het dertien-in-een-dozijn betonnen blok roept weinig begeestering op en ook de inrichting is erg traditioneel en oogt wat overjarig. Komende uit een bibliotheek die reeds 5 jaar geleden de overstap maakte naar RFID-zelfbediening doet het hanteren van demagnetiseringsstempels door de baliemedewerkers dan ook de wenkbrauwen fronsen. Maar van al deze tekortkomingen is bibliothecaresse Hannelore Vogt zich terdege bewust. Twee jaar geleden verzeilde ze vanuit de herhaaldelijk bekroonde Würzburger Stadtbücherei in Keulen met de opdracht de plaatselijke bibliotheek een nieuw elan te bezorgen. En ook al zijn de financiële middelen beknot, hier en daar zijn toch al tekenen merkbaar van de nieuwe wind die door de instelling waait.

Op personeelsvlak wordt duidelijk gekozen voor professionalisering en verjonging. De inrichting werd hier en daar reeds beperkt onder handen genomen, getuige de presentatieruimte in de inkomruimte en de speelsere jeugdafdeling (weliswaar in een van daglicht verstoken kelderruimte). Het duidelijkst merkbaar is de vernieuwing echter op het terrein van de digitale bibliotheek waarbij getracht wordt het digitale aanbod naadloos te laten aansluiten op het klassieke bibliotheekaanbod. Zo kan het Keulse bibliotheeklid via de bibliotheekwebsite reeds e-books, luisterboeken, muziek en kranten digitaal ontlenen. Via allerlei (korte) cursussen die de bib organiseert, al dan niet in samenwerking met andere organisaties, probeert de instelling haar gebruikers ook mediawijsheid bij te brengen.

Een aparte vermelding verdient ook de Minibib. Een beperkte bibliotheekvoorziening in het stadspark die draait op giften, vrijwilligers enminibib véél enthousiasme. De aangeboden boeken (en alleen maar boeken) zijn hoofdzakelijk giften van maximaal 2 jaar oud en worden uitgeleend op basis van vertrouwen; geen registratiesysteem van lezers of uitleningen enkel wat turven om het aantal uitleningen te kennen. En het werkt, op een zeldzame uitzondering na komt alles mooi terug. Meer zelfs, volgens de aanwezige vrijwilliger voelen de gebruikers zich meer dan normaal verantwoordelijk voor het geleende.

Tussendoor bracht de archivaris ons ook op de hoogte van de stand van zaken in zijn instelling na de dramatische gebeurtenissen van maart vorig jaar toen een groot gedeelte van het Keulse archief instortte. Hoopvol is dat vermoedelijk 80 à 85 % van het archiefmateriaal kan gered worden. Alleen blijft onzekerheid over de staat waarin de stukken kunnen geconserveerd worden nu begonnen is met het opvissen van de restanten uit de ondergelopen put. Bovendien zal het nog tientallen jaren duren vooraleer de over diverse instellingen verspreide collectie opnieuw is geordend en ontsloten.

Kortom, deze mooi verzorgde en piekfijn georganiseerde studiereis bood de deelnemers tijdens de terugreis voldoende stof tot nabeschouwing.

zaterdag 5 juni 2010

Sprintje terug

Welgeteld 10 dagen hebben we er over gedaan om met de fiets in Millau te geraken, als we niet zouden pauseren rijden we in 10 uur terug naar huis. Eenmaal de bagage ingeladen en de fietsen op het autodak gezet zitten we na enkele kilometers reeds op de snelweg die we pas in de buurt van Leuven zullen verlaten.

vrijdag 4 juni 2010

Rit 10 : Van Entraygues-sur-Truyère naar Peyre


Rit 10-2010 Entraygues-sur-Truyère ~ Peyre weergeven op een grotere kaart

Laatste etappe van onze Tour de France maar geen aankomst op de Parijse Champs Elyssées. Onze eindmeet is getrokken in de schaduw van de brug van Millau, nog 112 km te gaan.

Entraygues verlaten we zoals we het stadje binnenkwamen, we volgen de Lot verder stroomopwaarts doorheen de Gorges du Lot tot in Estaing. Daar verlaten we de vallei om even verder in Bozouls te belanden dat met zijn Trou een merkwaardig geologisch fenomeen midden in de stad heeft. Via heel wat kleine wegen komen we in het gebied van het Parc Naturel Régional des Grands Causses, het gebied van de grote kalkplateaus doorsneden door diepe valleien en kloven. Er zullen dus zeker nog wat hoogtemeters aan de teller worden toegevoegd. Voor we de afdaling naar de Tarn inzetten passeren we het Lac de Pareloup.

De laatste 10 kilometer volgen we de Tarn tot in Peyre, geklasseerd als één van de mooiste dorpen van Frankrijk. Sinds een aantal jaren kan je echter niet meer naast het indrukwekkende viaduct kijken dat even verder de vallei van de Tarn overspant. Vanop het terras van onze laatste gastenkamer zullen we (althans bij gunstige weersomstandigheden) de brug in de laatste zonnestralen kunnen bewonderen.

donderdag 3 juni 2010

Rit 9 : Van La Chapelle d’Alagnon naar Entraygues-sur-Truyère


Rit 9-2010 La Chapelle d'Alagnon ~ Entraygues-sur-Truyère weergeven op een grotere kaart

De rit van 137 km brengt ons over het dak van onze meerdaagse fietstocht: de Pas de Peyrol (1588 m) meestal Puy Mary genoemd naar de vlakbijgelegen bergtop. De klim er naartoe vanuit Murat is wondermooi en slechts de laatste kilometers zijn wat steiler, maar bij helder weer zijn de vergezichten adembenemend. De Pas de Peyrol doen we nu reeds voor de 4de keer aan, maar toch kijk ik er weer naar uit. Voor de afdaling kiezen we de weg door de Vallée de la Jordanne. De eerste kilometers zijn smal, behoorlijk steil en erg bochtig; bovendien was het wegdek bij de vorige doortocht niet van de beste kwaliteit dus opletten. Daarna is het echter tot in Aurillac genieten geblazen over een hoofdzakelijk dalende weg doorheen schaarse dorpjes en gehuchten.

Voorbij Aurillac zoeken we de kleinste wegen op, op zoek naar de vallei van de Lot. Bijna het gehele stuk krijgt op de Michelinkaart een groene lijn wat staat voor “schilderachtig traject”. Wanneer we de Lot bereiken komen we opnieuw op bekend terrein. Wat verder ligt Conques met zijn wereldberoemde abdij van Sainte-Foy, eveneens halteplaats op een eerdere tocht. Nu kiezen we echter resoluut richting oosten en volgen de Lot stroomopwaarts Entraygues sur Truyèretot in Entraygues-sur-Truyère. Dit stadje aan de samenvloeiing van Lot en Truyère werd reeds in de 10de eeuw opgericht en is een bezoek meer dan waard. Als de rit voorspoedig verloopt en de benen niet al te vermoeid zijn, zit een bezoek aan het stadje er misschien wel in nadat we de bagage hebben gedropt in Le Clos St George.

woensdag 2 juni 2010

Opnieuw op post

Ik weet het, gisterenavond kon je nog een update van het reisverslag lezen en nu ben ik alweer op post, het voordeel van gastenkamers met internetverbinding.
De Franse Frank Debooseres zaten er niet ver naast met hun voorspellingen. Vannacht stonden de hemelsluizen weer vol open en ook vanmorgen bij het opstaan was het nog druilerig, al was het toen we op onze tweewieler klauterden aan het opklaren. Van onze passage langs de Puy de Dôme rest enkel een vermoeden, het grootste gedeelte van de vulkaankegels ging verscholen in de wolken waardoor ook de omgeving grijs en nevelig was. Maar eenmaal de hoogste toppen achter ons gelaten klaarde het ook snel op en ruime oppervlaktes blauwe luchten waren van dan af ons deel.
Er stond weer heel wat klimwerk op de agenda en gedeeltes van de rit zaten we boven 1000 meter hoogte. Dit deed zich duidelijk gevoelen aan de temperatuur waardoor lange broek en mouwen aangewezen bleven. Maar het landschap waar we ook vandaag weer doorheen trokken was wondermooi. De verlatenheid van Auvergne en Cantal met de weidse vergezichten is moeilijk in woorden te beschrijven. Ik kan enkel aanraden om (bij voorkeur te voet of met de fiets) de streek te verkennen. "s Namiddags werd het ook merkelijk warmer waardoor toch nog korte broek en mouwen op het appel verschenen.
Ook nu weer zit ik dit bericht te schrijven terwijl uit de belendende keuken de heerlijkste geuren me bereiken. Ik ga oprotten zodat de borden op tafel kunnen worden gezet.

Rit 8 : Van St-Pierre-le-Chastel naar La Chapelle d’Alagnon


Rit 8-2010 St-Pierre-le-Chastel ~ La Chapelle d'Alagnon weergeven op een grotere kaart

Een behoorlijk geaccidenteerde en afwisselende rit van 122 km wordt ons vandaag voor de wielen geschoven. Tijdens de ganse dag loopt het nog steeds door het Parc Régional des Volcans. Onmiddellijk na de start trekken we voorbij het indrukwekkendste exemplaar, de Puy de Dôme. Inderdaad voorbij en niet over zoals dat van geïnspireerde wielertoeristen verwacht mag worden. En hiervoor is een goede reden: we mogen er niet op. Er wordt tussen 2010 en 2012 een toeristische treinroute naar de top aangelegd en tijdens deze periode is alle verkeer op de berg verboden. Niet getreurd echter want de Puy de Laschamps, Puy de Montenard, Puy d’Alou en Puy de Bessolles liggen ook op de route.

Nadien komen we in het skigebied van de Monts Dore terecht. Een klim naar het skistation van Super-Besse hoeft niet, er is nu eenmaal weinig te beleven in een skistation zonder sneeuw. Na Besse volgen we een stukje weg dat we een aantal jaren geleden reeds fietsten tijdens onze tocht van de Normandische invasiestranden naar de Alpe-d’Huez. De weg voert ons naar het departement van de Cantal, een echt paradijs voor de fietser met zijn ruige natuur en schaarse bewoning, maar ook de kaas is het vermelden waard. De laatste 12 kilometer zullen morgen de eerste zijn, al gaat het dan bergop in plaats van bergaf.

We waren ook reeds eerder (meerdere keren) te gast bij Joëlle en Denis Medard in hun gerestaureerde familiehoeve. De ontvangst is er allervriendelijkst, het eten voortreffelijk en de bedden ronduit goed.

dinsdag 1 juni 2010

Update nummer twee

Opnieuw internet beschikbaar en dus weer nieuws van het fietsersfront.
Het weer is hier in Frankrijk nog steeds niet om over naar huis te schrijven (wat ik bij deze toch maar doe) maar de hoosbuien van vorige week woensdag zijn ons toch bespaard gebleven. Tot nu blijft het bij wat spaarzaam gedruppel maar temperatuur en zon laten het nog steeds afweten.

Na ons gedwongen hotelverblijf zaterdagnacht was het zondag kwestie om zo snel mogelijk weer op het uitgestippelde traject te k.omen. Onder een miezerig wolkendek ging het pal westwaarts en zat de wind weer flink op de neus, maar eenmaal weer op de uitgestippelde route werd de koers zuidoostwaarts verlegd en kregen we de wind schuin achteraan. Een verschil van dag en nacht met het gebeul van daags voordien. Na verloop van tijd werden de weersomstandigheden ook aangenamer en de trip doorheen de bossen van de Sologne was magnifiek. Dit gecombineerd met het ontbreken van noemenswaardig reliëf en rugwind zorgde er voor dat de duiven al vroeg op het kot vielen in Nançay. Gelukkig toeval: het was rommelmarkt in het dorp en voor de compagnons was dit een welkome afwisseling op het volgersbestaan.

Gisteren hadden we de beste dag wat het weer betreft, de zon was af en toe van de partij en regendreiging was er niet. De eerste kennismaking met de Auvergne was nog relatief vlak, de streek die we doorfietsten mooi. Een bijzondere vermelding verdient het logies in Le Brethon: onze gastvrouw en -heer waren bijzonder prettig gezelschap, de kookkunsten niet te versmaden en de kamers piekfijn in orde.

Vandaag was zoals verwacht de eerste dag met behoorlijk wat klimmen: bijna 1900 hoogtemeters in een voortdurend stijgen en dalen; geen meter vlak. Maar wel door de geweldig mooie vulkanenstreek. Kort voor aankomst betrok de hemel weer in een snel tempo en met wat motregen als gezelschap belanden we in de Chambres d'hôtes. Terwijl ik dit tik (en voor we de beentjes onder tafel schuiven) valt er weer een behoorlijke hoeveelheid neerslag en de vooruitzichten op France-météo geven toch ook regen morgenvoormiddag. Hopelijk zitten de voorspellers er flink naast.

Rit 7 : Van Le Brethon naar St-Pierre-le-Chastel


Rit 7-2010 Le Brethon ~ St-Pierre-le-Chastel weergeven op een grotere kaart

Vanaf vandaag is het definitief gedaan met de vlakke wegen. We krijgen het Centraal Massief voor de wielen geschoven en al is dat niet het echte hooggebergte met cols van eerste en buiten categorie, aan het einde van de dag zal de gps toch behoorlijk wat hoogtemeters geregistreerd hebben. De 128 km lange rit brengt ons tot in de buurt van de Puy de Dôme en onder de rook van Clermont-Ferrand.

Het eerste uur verloopt nog relatief vlak. We zitten dan al wel in de regio Auvergne, het departement van de Allier is nog niet echt voer voor klimmersbenen. Het zullen ook rustige eerste kilometers worden want de dorpen zijn er schaars en de plattelandsvlucht gaat nog steeds verder. Eenmaal de snelweg A71 voorbij komen we echt in vulkanenland, althans de restanten ervan. We kruipen van heuvelrug naar heuvelrug tot aan de Gorges de la Sioule die we 13 kilometer zullen volgen.

Eenmaal de kloof verlaten belanden we in het Parc Naturel Régional des Volcans d’Auvergne. De uitgesleten vulkaankegels herinneren nog in weinig aan de lavaspuwende geweldenaars, maar toch blijven deze groene reuzen ontzag afdwingen. De nacht brengen we door in “Le Coudi”, een gerestaureerde Auvergnehoeve in het gehucht Roure van St-Pierre-le-Chastel. Twee jaar geleden zijn we hier ook aanbeland en ik herinner me nog de heerlijke maaltijd die ons werd voorgezet. Ik hoop alleen dat het weer dit jaar beter is.

maandag 31 mei 2010

Rit 6 : Van Nançay naar Le Brethon


Rit 6-2010 Nançay ~ Le Brethon weergeven op een grotere kaart

Opnieuw een rit van een 120 km. Door het woud van Vierzon verzeilen we in het hartland van Berry en in Mehun-sur-Yèvre met zijn middeleeuwse wortels. Nog wat verder kan de gps worden opgeborgen want voor de rest van de dag zal de Cher onze leidraad zijn. De ervaren fietser weet wat dit betekent, de hoogtemeter zal weinig te registreren hebben. Net voor we St-Amand-Montrond binnenrijden passeren we het abdijcomplex van Noirlac, een fraai gerestaureerde cisterciënzersite die momenteel dienst doet als cultureel centrum. Nog wat zuidelijker verzeilen we in de Gallo-Romeinse wereld van Drevant. De wegen beginnen ook wat meer te glooien nu we de uitlopers van het Centraal Massief bereikt hebben. Gastheer en –vrouw vandaag zijn Dick en Louise Van Der Fluit in hun gerestaureerde boerderij Fontarabier.

zondag 30 mei 2010

Rit 5 : Van Sancheville naar Nançay


Rit 5-2010 Sancheville ~ Nançay weergeven op een grotere kaart

De 120 km van vandaag zullen vooral bij zonnig weer een pretje worden. De eerste 40 km tot de Loire zijn een kopie van het namiddaggedeelte van gisteren, eindeloos golvende velden. Maar eenmaal de rivier in het vizier verandert het landschap vrij snel, de weidsheid maakt plaats voor de beslotenheid van bossen en bosschages. In Meung-sur-Loire dwarsen we de stroom die op deze plaats breed en met groot debiet voorbijsnelt. De rivier roept bij mij steeds herinneringen op aan de knappe historische stripreeks “Le Grand Fleuve” over de stoere 19de eeuwse rivierschippers en hun reusachtige vlotten.

Na de oversteek verdwijnen we tussen de bomen van de Sologne. De streek is een waar paradijs voor de vrijetijdsfietser, lommerrijke paden voeren langs de talrijke vennen en dorpjes en de hellingen zijn te verwaarlozen. De toerist die even de drukte aan de Loirekastelen wil ontvluchten vindt hier een keur aan uitgelezen plekjes.

In Nançay trekken we de remmen dicht aan de chambres d’hôtes Les Crocus in de rue du Grand Meaulnes. Bij de literatuurliefhebbers zal dit onmiddellijk een belletje doen rinkelen, de streek en het dorp zijn onlosmakelijk verbonden met het gelijknamige boek van Alain-Fournier. Nog niet bekend met het werk? Je kan het integraal en gratis downloaden op de site van het Project Gutenberg.

zaterdag 29 mei 2010

Een tussentijds rapport.

Pas na 4 dagen een internetaansluiting kunnen versieren, dus er moet nog heel wat verteld worden.

De eerste dag was er eentje om nooit te vergeten. Vertrokken in wat een degelijke bui mag genoemd worden, werd het na korte tijd helemaal mooi. De neerslag viel met bakken uit de hemel en herhaaldelijk moesten we ons door behoorlijke riviertjes een weg banen. En warm was het ook niet. Als brildrager had ik bovendien de grootste moeite om de blik helder te houden. Kilometers gereden al boven mijn fietsbrilletje uitturende, veilig is anders. Na de erg korte middagpauze in Luttre (schuilend onder een stalling voor winkelwagentjes) namen de buien echter aanzienlijk af tijdens de namiddag. Na de voormiddagervaring kon een gewone bui ons niet meer afschrikken. De laatste 30 kilometers hebben we zelfs droog kunnen afwerken.

Dag twee verliep droog maar onder een grijs wolkendek en van zomerse temperaturen was evenmin sprake. Zo hebben we tenminste de landschappen kunnen bewonderen die ons bij een vorige passage in de regen waren ontgaan.

Vrijdag was voorlopig de beste dag. Nog wel wat bewolking maar ook regelmatige zonnige periodes al bleef de wind wel behoorlijk afkoelen.

Vandaag begon schitterend onder een vrijwel wolkenloze hemel maar al snel (na een kwartier) trok de bewolking dicht en voor de rest van de dag hadden we enkel nog een vermoeden dat de zon er was. Tijdens de namiddag kregen we ook nog af te rekenen met buiïg weer zodat het een voortdurend wisselen was: regenjasje aan, jasje uit... En zoals gevreesd was de wind bovendien gedraaid en kregen we hem in de weidse vlaktes rondom Chartres stevig op de neus. Vooral de namiddag was het beulen geblazen. En toen we dan vermoeid en afgepeigerd de Chambres d'hôtes bereikten stonden we voor een gesloten deur. Niemand thuis en na telefonisch contact bleek de afspraak niet genoteerd en toch nog boeken bleek niet mogelijk. Wij dus de fietsen op het dak van de wagen gemonteerd en op zoek naar alternatief logies.
Daarom dus dat ik dit blogbericht zit te schrijven vanuit een hotelkamer in Chevilly, een vlek ten noorden van Orléans en slechts een 20tal kilometer verwijderd van de normale route. De regen tikt ondertussen ritmisch op de pannen en de wind blaast bij momenten fervent om de hoek. France-météo voorspelt voor de komende dagen nog meer van hetzelfde. Het worden nog leuke tijden.

Rit 4 : Van Boury-en-Vexin naar Sancheville


Rit 4-2010 Boury-en-Vexin ~ Sancheville weergeven op een grotere kaart

In de echte Ronde van Frankrijk zouden ze dit een vlakke etappe noemen over 150 km, bij uitstek geschikt om de sprinters aan hun trekken te laten komen. Voor ons zal de pret vooral afhankelijk zijn van de heersende windrichting. Komt de wind uit het zuiden (minder waarschijnlijk) dan wordt het een ganse dag ploeteren en stoempen in de uitgestrekte en open velden; een gunstige noordelijke rugwind daarentegen brengt ons fluitend op onze bestemming.

Ook vandaag lopen de eerste kilometers door het Parc Naturel Régional du Vexin français. Na ongeveer een uur belanden we aan de Seineboorden en aan het kasteel van La Roche-Guyon, een merkwaardig bouwwerk met zowel een middeleeuwse donjon als 18de eeuwse paardenstallen. In Bonnières-sur-Seine steken we de rivier over en zetten koers richting de Eure en het Fôret de Dreux. Eenmaal Dreux voorbij volgt de eerder eentonige tocht door de golvende velden rond Chartres. We kunnen een wedstrijd houden wie het eerst de kenmerkende kathedraaltorens van de Panorama sur la cathédrale Notre Dame de Chartres / Patrick Forget - www.sagaphoto.comNotre Dame ziet opduiken. Mag ik hier trouwens voor de fijnproevers onder jullie de monografie van Frits van der Meer over Chartres aanbevelen (Rome en Chartres / Frits van der Meer. – Antwerpen : de Nederlandsche Boekhandel, 1982. – ISBN 9028906991).

Halfweg tussen Chartres en Orléans ligt een klein dorpje Sancheville, een gat van niks dat zoals veel Franse gemeenten te lijden heeft van de plattelandsvlucht. In het gehucht Baigneaux houdt de familie Vanneau in haar boerderij enkele kamers beschikbaar voor vermoeide fietsers en andere passanten. En de degelijke boerenkost die ze ons voorzetten zal in dank aanvaard worden.

vrijdag 28 mei 2010

Rit 3 : Van Bitry naar Boury-en-Vexin


Rit 3-2010 Bitry ~ Boury-en-Vexin weergeven op een grotere kaart

Vandaag loopt de weg overwegend westwaarts met de bedoeling Parijs eens langs de andere kant voorbij te rijden. De 137 km hebben een erg groen karakter want we doorkruisen heel wat wouden en bosrijke gebieden.

Onmiddellijk na het vertrek steken we de Aisne over en belanden in Pierrefonds waar de architect Viollet-le-Duc in de 19de eeuw het 17de eeuwse kasteel een “middeleeuwse” opsmukbeurt heeft gegeven. Achter de indrukwekkende burchtmuren doemen de majestatische kruinen van het Forêt de Compiègne al op. Terwijl de (hopelijk) lommerrijke boswegen onder onze wielen doorschuiven, dragen de bomen rondom ons een eeuwenoude geschiedenis met zich mee die teruggaat tot de Karolingische tijd. Aan de andere kant van het woud vinden we de Oise terug die ons ook de vorige dag reeds gezelschap heeft gehouden. In Pontpoint stuiten we op de Ancienne Abbaye du Moncel en kiezen de andere rivieroever op weg naar het Parc Naturel Régional du Vexin français. Diegenen die beweren dat Frankrijk niet fietsvriendelijk is vergissen zich. Dit land beschikt over de meest geweldige fietspaden, alleen jammer dat er af en toe ook auto’s over rijden.

Ons bedje staat vandaag gespreid in Boury-en-Vexin in de gastenkamers van Fosse-Valle.

donderdag 27 mei 2010

Rit 2 : Van Sémeries-Zorées naar Bitry


Rit 2-2010 Sémeries-Zorées ~ Bitry weergeven op een grotere kaart

Aan vertrekken in Sémeries houden we momenteel geen te beste herinneringen over. Reeds tweemaal was het een halteplaats en tweemaal vertrokken we er in de kou en de gietende regen. Hopelijk hebben we vandaag de zon op het bolletje want dan is fietsen heel wat leuker. In ieder geval wordt het geen onoverkomelijke opdracht, 122 km is goed te behappen en nijdige hellingen krijgen we evenmin voor de wielen geschoven.

De Thiérache is de eerste streek die we aandoen, licht heuvelend wisselen weiden en appelboomgaarden elkaar af omzoomd door hagen en struiken; streek van cider en de Maroilles. Het Canal de la Sambre à l’Oise is nadien kilometerslang onze metgezel. De strakke boorden spelen voortdurend haasje over met de kronkelende oevers van de Oise. In Manicamp zeggen we het kanaal vaarwel (dat ondertussen Canal St.Quentin geworden is) en zetten koers naar de bossen rond Compiègne waar we aan de zoom neerstrijken in de Alba Cottage in Bitry.

woensdag 26 mei 2010

Rit 1 : Van Sint-Joris-Winge naar Sémeries-Zorées


Rit 1-2010 Sint-Joris ~ Sémeries-Zorées weergeven op een grotere kaart

De eerste etappe heeft geen geheimen meer voor ons want ook in 2007 en 2008 kozen we deze route om ons landje uit te fietsen. De 155 km lange rit kent een erg gevarieerd verloop en is afwisselend vlak en geaccidenteerd. Na het vertrek in Sint-Joris verzeilen we snel via kleine landelijke wegen in de heuvels van Waals-Brabant. Halfweg de voormiddag rijden we langs de indrukwekkende ruïnes van de voormalige cisterciënzerabdij van Villers-la-Ville. Nog wat verder peddelen we voorbij de dorpskom van Liberchies, een onooglijk gat met een wereldberoemde zoon: de jazzvirtuoos Django Reinhardt. Twee dagen na onze doortocht staat het dorp op stelten om de 100ste geboortedag van deze uitzonderlijke gitarist te herdenken.

Na Liberchies dalen we in Luttre af naar het kanaal Brussel-Charleroi waar we op het jaagpad en het fietstraject van de Ravel 3 terechtkomen; na een 15-tal kilometer in de industriezone van de stad aanbelanden, het kanaal vaarwel zeggen en de oevers van de Samber opzoeken. We volgen de Samber via het oeverpad tot aan de Franse grens in Erquelinnes; een schilderachtig traject via de meanderende loop van de rivier, de oude sluizen en de verstilde dorpjes en gehuchten. Eenmaal de grens over wordt het kompas van west naar zuid gedraaid en moeten de vlakke oevers plaats maken voor het golvende landschap van de Avesnois.

Deze laatste 30 kilometer zijn zeker niet de minste van de dag en het zal met een zucht van opluchting zijn dat we het erf van de familie Toubon zullen opdraaien. Na de twee vorige passages weten we dat we hier een goede douche, een stevige maaltijd en een lekker bed mogen verwachten.

dinsdag 25 mei 2010

Tour de France

De meimaand loopt alweer ten einde en dus is het weer tijd om naar jaarlijkse gewoonte (een deel van) Frankrijk met de fiets te doorkruisen. Geen cols buiten categorie dit jaar maar wel de nodige hellingen en de bulten van het Centraal Massief. De startlijn is zoals reeds vaak getrokken in Sint-Joris-Winge, de aankomstmeet ligt een kleine 1300 km en 10 ritten verder naar het zuiden aan de voet van het Viaduct van Millau.


Voor de veertiende keer reeds is mijn zwager Eric mijn fietsmaatje en zijn mijn schoonouders volgers, verzorgers, techniekers en vooral heel aangenaam gezelschap.


Van morgen tot volgende week zaterdag kan je onze fietsbelevenissen volgen op deze blog. Elke dag een overzicht van de rit met kaart en info over plaatsen waar we passeren. Natuurlijk ook een link naar de website van de chambres d’hôtes waar we de innerlijke mens spijzen en onze moede leden te ruste leggen. Indien internet beschikbaar krijg je ‘s avonds nog een verslag van de hoogtepunten van de voorbije dag.

woensdag 24 maart 2010

Gezocht: tijdelijk verblijf voor een bib

Misschien heb je al wel iets vernomen over de asbestvervuiling in de plafondbepleistering van onze bibliotheek, zo niet ben je via dit persbericht onmiddellijk op de hoogte. Deze minuscule stofjes hebben wel grote gevolgen voor de werking van onze bib, de volledige publieksruimte en een gedeelte van de kantoren moet volledig ontruimd en als het effe kan graag voor 1 augustus. Gevolg: momenteel struinen we de Turnhoutse straten af op zoek naar een geschikte locatie waar we de bibliotheek tijdelijk in onder kunnen brengen.

verhuisdoos[1] Niet eenvoudig natuurlijk met toch wel een uitgebreid verlanglijstje: voldoende oppervlakte om zoveel mogelijk dienstverlening te blijven garanderen, geen lekkende daken, geschikte verwarming om ook de volgende winter goed door te komen, graag ook een beetje daglicht en voldoende kunstlicht, vlot toegankelijk ook voor de minder mobiele medemens, gemakkelijk bereikbaar met parkeerruimte, halte van openbaar vervoer in de buurt, graag ook de stedelijke glasvezel onder bereik, kantoorruimte ter beschikking of snel te realiseren en ik kan nog wel even doorgaan. Als je dan nog weet dat het betaalbaar moet zijn en dat we geen kapitalen willen investeren in aanpassingswerken zal het snel duidelijk zijn dat de mogelijke pleisterplaatsen niet dik gezaaid zijn.

Kortom, het komt er op aan de knoop zo snel mogelijk door te hakken zodat we kunnen starten met de concrete verhuisplannen. Ik had me onze bibliotheekwerking in 2010 wel iets anders voorgesteld.

donderdag 4 maart 2010

23 dingen goes back to the future

Het was best een boeiende dag vandaag in Gent en de vlag dekte de lading. Terugblikken op het voorbije '23 dingen' traject in Vlaanderen (en ook een beetje in Nederland) maar ook een vooruitblikken op wat de bibliotheek 2.0 toekomst nog in petto heeft.

Na Rob Coers' betoog stel ik me de vraag of er voor de bibliotheken geen rol is weggelegd in het uitrollen van de web 2.0 kennis bij haar traditionele doelgroepen. Nu de nood aan de standaard webintroductiecursussen afneemt, is de tijd misschien rijp om initiaties in de typische web 2.0 applicaties aan te bieden. Ik zie wel brood in de cursus 'web 2.0 voor laaggeletterden' of in een begeleiding van de stedelijke administratie bij haar eerste wankele pasjes op het 2.0 pad.


De creatie van het Kenniskantoor door Bibnet beantwoordt evenzeer aan een behoefte. Alleen, een kennisuitwisselingsplatform heeft alleen nut als er ook iets wordt uitgewisseld en daar wringt volgens mijn bescheiden mening het schoentje. De reeds eerder opgezette fora, blogs en discussiegroepen hebben het al overduidelijk aangetoond: de Vlaamse bibliotheekmedewerker klimt slechts node in de pen en laat zelden het achterste van zijn/haar tong zien. Wil het Kenniskantoor kans op slagen maken dan zal toch veel energie moeten gestoken worden in het overtuigen van het veld om inhoud hiervoor aan te leveren. Misschien stimuleert de ervaring opgedaan in het maken van biblioblogs wel om ook deze horde te nemen.

Geert Lievens mag het me niet kwalijk nemen maar na zijn presentatie kan ik me niet van de indruk ontdoen dat de SBB's maar beter ineens fusioneren. Los van de diverse erg lovenswaardige initiatieven moet ik vaststellen dat het vaak meer van hetzelfde is, enkel met een ander accent. Als we dan moeten zoeken naar rationalisatie is daar nog wel wat winst te halen.

De praktijkvoorbeelden van Bornem, Asse en Halle toonden nog maar eens aan dat met goede wil, enthousiasme en liefde voor het vak mooie resultaten te halen zijn. Wereldschokkend zeker niet, maar prima doordachte initiatieven die de bib de kans bieden het contact met de gebruiker te verbeteren.

Misschien had ook wat meer tijd gemogen voor de bespreking van de stellingen maar toch mag gesproken worden van een geslaagde terugkomdag, met dank aan de initiatiefnemers.

woensdag 10 februari 2010

Spiegeltje, spiegeltje aan de wand…

Of om Alice Nahon te parafraseren: “’t Is goed naar eigen bib te kijken even voor naar Brussel te gaan, of ik van begin tot einde de zelfevaluatie naar behoren heb gedaan”.

Vandaag was het reflecteren geblazen ten huize van Locus. De zelfevaluatie is ingevuld en opgestuurd, de resultaten zijn bekend en besproken. En dan is het tijd voor actie. Het is niet de vraag waar de knelpunten liggen (daar kan je gewoon niet naast kijken) maar wel welke van die punten prioritair worden aangepakt. Na de ontnuchtering bij het bekijken van de resultaten van de zelfevaluatie (doen we eigenlijk nog iets goed?) kwam vandaag de geruststelling (als je het zo al mag noemen): we hikken blijkbaar met heel wat bibliotheken tegen dezelfde problemen aan. Het is nu kwestie de juiste keuzes te maken rekening houdende met de visie op de gewenste dienstverlening. Eenmaal de prioriteiten vastgelegd kunnen we een verbeterplan opstellen en hier wil ik zeker niet teveel hooi op de vork nemen. Nee, niet uit gebrek aan ambitie dan wel uit bekommernis om op tijd en stond een succeservaring te kunnen hebben. Eerst wennen aan deze nieuwe manier van werken.

zondag 31 januari 2010

“Grote-verwachtingen-prijs” 2010

Ja, ik besef het, het jaar is nog erg pril en er staat vermoedelijk nog heel wat te gebeuren. Maar toch zou ik de “Grote-verwachtingen-prijs” 2010 willen uitreiken aan de gemeente Pittem.

Knipsel En waar heeft deze landelijke gemeente deze eer dan aan te danken zal u denken. Wel aan de recent geplaatste personeelsadvertentie voor de betrekking van bibliotheekbediende (halftijdse functie/voltijdse inzet). Van betrokkene wordt, volgens de advertentie, verwacht dat hij/zij instaat voor de dienstverlening (waar werf je anders iemand voor aan?) en informatieverstrekking; het onder leiding van de bibliothecaris instaan voor het uitvoeren van alle administratieve taken en het uitvoeren van bibliotheektechnische werkzaamheden. Klapper op de vuurpijl: de gelukkige wordt ingeschaald op niveau D.

Ik weet het, Pittem is geen grootstad en naar ik, na wat zoeken op het internet, kan vaststellen werd er ook wel geld gestoken in de bouw van een bib en een uitleenpost. Maar wat denkt men met dergelijke personeelsadvertentie te bereiken? Dat er met de stijgende werkloosheidscijfers wel weer een hoger gekwalificeerd kandidaat de job wil (lekker weer wat geld op zak gestoken)? Of denkt men in Pittem echt dat dergelijke taakinvulling op D-niveau hoort ingevuld? Welke dienstverlening wil de gemeente dan in haar bibliotheek aanbieden? Misschien doen ze dan toch maar beter een oproep voor een gepensioneerde die over de duiven wil praten.

Ze hebben in Pittem echt wel nagedacht over de base-line van hun logo.

vrijdag 29 januari 2010

Interne klanten

In het visiedocument van onze bibliotheek was ook aandacht voor de uitbreiding van de dienstverlening naar interne klanten binnen het stadsbestuur. Vandaag is de eerste stap gezet naar de realisatie hiervan. In samenwerking met enkele medewerkers van het stadskantoor werd een projectvoorstel opgemaakt waarbij de Bibliotheek Turnhout het beheer van de vakliteratuur van de meeste stedelijke diensten op zich gaat nemen.

Vertrekkende uit de nood aan informatie van de stedelijke medewerker staat de bibliotheek niet enkel in voor aankoop, ontsluiting en ter beschikking stellen van de vakliteratuur maar ook budgetopvolging, abonnementenbeheer, informatiebemiddeling en collectiebeheer behoren tot de aangeboden dienstverlening. De aanwinsten, en na verloop van tijd ook de retrocollectie, zullen opgenomen worden in een apart bestand van de online catalogus zodat de stedelijke ambtenaren ten allen tijde kunnen nagaan welke vakliteratuur ter beschikking is en op welke dienst en bij welke persoon het materiaal kan opgevraagd worden. Bedoeling is de bestaande vakbibliotheek optimaal te benutten en de beschikbare middelen zo efficiënt mogelijk aan te wenden. De ontsluiting met SISO en trefwoorden helpt de medewerker snel op weg naar de benodigde informatie.

De expertise van de bibliotheek moet er toe leiden dat de informatievraag op de meest doeltreffende manier wordt beantwoord. Dit kan zijn door de aankoop van de vakliteratuur, maar evenzeer kan het antwoord gevonden worden in de eigen collectie van de bibliotheek of via een interbibliothecaire aanvraag.

Deze wijze van werken werd vandaag met projectomschrijving, flow charts en catalogusdemo voorgesteld aan het stedelijke managementteam. Na de voorstelling kregen we het fiat om het project effectief op te starten. Tegen 1 mei, nadat formulieren zijn opgemaakt, procedures zijn uitgeschreven, informatie en opleiding zijn gegeven en beperkte tests zijn uitgevoerd, wordt een eerste evaluatiemoment ingebouwd. We hebben er het volste vertrouwen in.

dinsdag 26 januari 2010

Winterslaap

Ik ben ontwaakt uit mijn winterslaap. De dikke vacht is afgeschoren en de langdurig opgepotte vetreserves worden weggewerkt. De tijd van hernieuwde actie is weerom aangebroken. De nieuwe uitdagingen (en ook nog enkele oude) liggen uitnodigend te lonken, klaar om aangegaan te worden:

  • het visiedocument van onze bib is uitgeschreven en wacht op het officiële fiat;
  • de zelfevaluatie van de bib is verwerkt en geduid, nu is het tijd voor de keuzes;
  • het project ‘Integraal CollectieBeleid” is van start gegaan;
  • de afspraken voor de verkennende gesprekken over de definitieve invulling van het personeelsorganogram worden gemaakt;

Ondertussen verscheen ook het 4de nummer van de cultuurkrant Suiker met een interview met ondergetekende. De publicatie bood me de mogelijkheid om mijn visie op de bibliotheek te ventileren, een kans die ik niet kon laten liggen. De vorm waarin het gepresenteerd wordt laat ik voor rekening van de interviewer, maar achter de inhoud blijf ik onverminderd staan.