zaterdag 4 juni 2011
Rit 4 : Er is een hoop te vertellen
De rit gisteren verliep zonder problemen. De zon deed meer dan behoorlijk haar best, het landschap was de moeite al stond de wind niet steeds gunstig.
Ondertussen zijn we in Arc-et-Senans aanbeland. Uiteindelijk stonden er vandaag 165 kilometer op de teller, maar het was weer een uitzonderlijk mooie etappe. Frankrijk op zijn best (wat kunnen die Fransen toch goede wegen aanleggen. Zelfs de kleinste landweg is doorgaans prima te befietsen.) Erg warm vandaag en de laatste 30 kilometer begon het onweer flink te dreigen wat resulteerde in een fikse plensbui tijdens de laatste tien kilometers van de dag.
We werden erg hartelijk onthaald in de CdH (ondanks de eerder gemelde reserveringsproblemen) en de familiesuite is best te pruimen ondanks de badkamer van een voorschoot groot. Mijnheer De Hoop is dus inderdaad al een achttal jaar overleden en de huidige eigenaren hebben de brave man zelfs nooit ontmoet. Dus vermoedelijk geen puddinkjes vandaag.
En nu ga ik eten. Ik heb honger gekregen van de tocht en mijn maatjes zijn ondertussen al vertrokken, aangetrokken door de hemelse geuren (dit is toch wel overdreven maar het ruikt wel lekker). Gegroet en misschien tot morgen.
Rit 4 : van Remoncourt naar Arc-et-Senans
Hopelijk is de behoorlijk lange rit van gisteren goed verteerd want vandaag worden er ons weer 164 kilometers voor de wielen geschoven. Het terrein is bovendien ook wat geaccidenteerder en aan bomen ook geen gebrek. Als het zonnetje zich laat zien, vinden we zeker de nodige beschutting onder het lover van het Forêt domaniale de Darney waar ook de Saône zijn bron heeft.
Vrij snel komen we dan terecht in de regio Franche-Comté, een streek die historische banden heeft met onze eigen gewesten. De meet is getrokken vlakbij de Saline Royal in Arc-et-Senans, en niet zonder reden. In 1998 waren we hier reeds aanbeland op weg naar Saintes-Maries-de-la-Mer en in onze zoektocht naar voedsel, we logeerden toen in een CdH in een buurdorpje, werden we aangetrokken door de naam van een etablissement: “Hotel De Hoop”. De eigenaar heette zoals zijn hotel (of eigenlijk net andersom) en bleek een nogal eigenzinnige Nederlander die een hekel had aan Fransen (moet je in Frankrijk gaan wonen) en die bovendien de inboorlingen de nodige culinaire verfijning wilde bijbrengen. Zijn menukaart was eerder beperkt en bovendien nam hij zich de vrijheid voor ons de keuze te maken (hij wist vermoedelijk beter dan wij wat er in voorraad was). Het dessert moest zo wie zo pudding zijn want dat had hij nog in de koelkast staan. Kortom, ik vermoed dat hij in zijn culinaire kruistocht de nederlaag heeft geleden. Maar het natafelen maakte veel goed. Tot laat die avond hebben we zitten praten over de historische relaties tussen de Franche-Comté en Vlaanderen waarbij het ene na het andere boek uit zijn bibliotheek werd opgediept.
Enkele jaren later hebben we op de terugreis van een fietsvakantie nog eens halt gehouden bij “Hotel De Hoop” en zijn merkwaardige bewoner. En vandaag zijn we er opnieuw te gast. De afspanning heet nog steeds “De Hoop” maar is nu een Chambres d’hôtes met nieuwe eigenaars. Ik vermoed dat mijnheer De Hoop ondertussen het tijdelijke voor het eeuwige heeft verwisseld en daar zijn puddinkjes probeert te slijten.
vrijdag 3 juni 2011
Rit 3 : Van Foameix-Ornel naar Remoncourt
Vandaag 156 km door het hart van Lotharingen. De route loopt bijna de ganse dag evenwijdig met de snelweg naar het zuiden maar de eerste helft aan onze linkerkant en ‘s namiddags ter rechterzijde. Tijdens de voormiddag doorkruisen we het regionaal natuurpark van Lotharingen, een licht heuvelend parcours bezaaid met meren en vennen waarbij bossen en wouden afwisselen met weidse velden.
Tussen Nancy en Toul dwarsen we de snelweg en het Forêt de Haye om in Pont-St-Vincent de Moezel over te steken. Nadien volgt het ene dorpje snel het andere op om uiteindelijk te stranden in Remoncourt, een tiental kilometer voor Vittel in het departement van de Vogezen. Eten en slapen doen we bij Pierre Maroulier die, getuige zijn website, duidelijk in het bezit is van een stel groene vingers. Als de kookpotten dezelfde toewijding genieten hoort u mij niet klagen.
donderdag 2 juni 2011
Rit 2 : Geweldig genoten
De zon stond al lang voor het opstaan te schitteren (zag ik door de gesloten gordijnen) en toen ik omstreeks halfacht de bedstede verliet was ook de buitentemperatuur al behoorlijk opgeklommen. Omdat onze hospita het ontbijt pas serveerde vanaf halfnegen had vroeger opstaan weinig zin. De rit was vandaag trouwens vrij kort, dus dat was niet echt een probleem.
We hebben vandaag echt een mooi stukje Wallonie (hulp, er staat geen trema op mijn qwerty-toetsenbord!) ontdekt. Schitterende landschappen met geweldige fietswegen en vandaag kon de Gaume inderdaad genieten van een aangenaam microklimaat. We zullen de fietsteven nog meer naar dit gebied moeten wenden. Wel was het parcours behoorlijk geaccidenteerd (net zoals dat stukje weg in die wondermooie afdaling richting Herboumont).
Na welgeteld 78 kilometer werd de Franse grens overfietst en vlakte het landschap ook uit. Onder een staalblauwe hemel nam het Frankrijkgevoel snel van ons bezit. Dit Frankrijkgevoel is moeilijk te beschrijven voor die ongelukkige die nooit de ervaring heeft mogen meemaken om te fietsen over verlaten Franse wegen onder aangename (neen zelfs ideale) weersomstandigheden. Het brengt de bezitter ervan in een staat van euforie waarbij de zintuiglijke waarnemingen bijdragen tot een staat van genade (te vergelijken met een orgasme maar 't duurt veel langer). Het was weer gewoon helemaal van ons.
De klok op de toren sloeg vier toen we het nietige oord Foameix-Ornel binnenreden en de enige dwarsstraat insloegen naar onze CdH. Prima locatie overigens, goede kamers en nette badkamers.
Toch een minder aangename verrassing toen ik mijn gsm vastnam. Een sms-je van het thuisfront met de boodschap om mijn webmail na te kijken in verband met een misgelopen reservering van een CdH. Ik had dinsdag net voor vertrek nog alle gereserveerde CdH's gemaild met de boodschap dat men ons gezelschap op de afgesproken dag mocht verwachten. Nu had 1 eigenaar laten weten dat er toch een vergissing was gebeurd en dat we zaterdag niet terecht konden in hun logement (ook al was een bevestigingsmail verstuurd waarop ze gereageerd hadden en was er een voorschot gestort). Na een telefoontje waarin ik in mijn mooiste frans (maar zelfs dan niet om aan te horen) onze zaak verdedigde, werd er toch nog een oplossing gevonden. Er zou wat geschoven worden met kamers en hun inhoud zodat uiteindelijk iedereen een bed zou kunnen krijgen.
Gelukkig, want zo'n situatie als vorig jaar waarbij we na een lange en inspannende rit voor een gesloten deur stonden, wil ik niet opnieuw meemaken. De rit van zaterdag is trouwens de langste uit het rijtje en meer hoeft dat die dag echt niet te zijn.
Rit 2 : Van Naomé naar Foameix-Ornel
Was de rit van gisteren een kopie van die uit 2009, vandaag kiezen we reeds bij het buitenrijden van Naomé een andere richting. Het kompas wijst Zuidoost en meer dan de helft van de route loopt nog op Belgisch grondgebied. Een eerste plaatsnaam die bij velen een belletje zal doen rinkelen is Herbeumont, een toeristenvlek in het dal van de Semois. Dit betekent wel een leuke afdaling naar de rivier, maar nadien zal er natuurlijk weer geklommen moeten worden. We volgen de Semois stroomopwaarts tot Florenville in de Gaume (naar verluid heerst hier een aangenaam microklimaat, hopelijk ook op 2 juni 2011). De plaatselijke VVV wenst ons op haar website alvast een welgemeend (en hardnekkig) welkom. Na Florenville verlaten we de meanderende Semois en wenden de steven naar de abdij van Orval. De kennismaking met het plaatselijke trappistenbier zal echter beperkt blijven tot het opsnuiven van de brouwgeuren want een uitgebreide degustatie zo vroeg op de dag zorgt gegarandeerd voor “afgesneden” benen. Het gaat dan verder heuvel op en heuvel af tot we enkele kilometers voorbij Virton in Torgny de Franse rijksgrens bereiken.
Via het dal van de Chiers gaat het in dalende lijn, want stroomafwaarts, naar Longuyon. In deze streek van teloorgegane staalindustrie is het nu wel beter toeven dan eertijds al is het voor de plaatselijke bevolking niet eenvoudig om werk te vinden in eigen streek. Het laatste stuk van de rit loopt weer door de slagvelden van de Eerste Wereldoorlog met de soldatenkerkhoven langsheen de route (vooral Duitse). Halt houden doen we na 121 kilometer in de CdH “Au bois de mon coeur” in Foameix-Ornel waar veel in het teken staat van muziek. Het beloofde avondmaal met streekproducten zorgt zeker voor een geslaagde afsluiting van de dag.
woensdag 1 juni 2011
Rit 1 : Goed aangekomen in Naome
De douche hebben we al gehad, het krantje is al gedownload op de iPad en straks wachten de scampi's (kennen we nog van twee jaar geleden) en de filet de canard. De meteo voor morgen voorspelt nog beter weer dan vandaag. Kortom, onze fietsvakantie heeft een goede start genomen.
Vanuit het zuiden des lands de groeten aan de thuisblijvers.
Rit 1 : Van Sint-Joris-Winge naar Naomé
De trouwe bloglezers met een ijzersterk geheugen zullen zich herinneren dat 2 jaar geleden (27 mei 2009) in deze blog reeds een bericht verscheen met dezelfde titel. En inderdaad, het parcours van vandaag is nagenoeg een exacte kopie van deze rit. Enkel onmiddellijk na de start verplichten wegenwerken ons de route enkele kilometers te verleggen maar voor de rest kunnen we terugvallen op de gps-route van twee jaar geleden.
Voor een beschrijving lees je dus gewoon het bericht van toen en na een tocht van 141 kilometer landen we ook nu weer in La Ferme du Grand Frêne. Toen kregen we scampi’s en kwarteltjes geserveerd, als de wifi nog beschikbaar is kan je hier straks lezen wat er nu op het menu staat.
Net zoals steeds kan je door te klikken op de kaart Google Maps openen en de route nauwkeuriger bekijken.