Zij die me kennen weten dat ik een koele minnaar ben van de provincie (in eerste instantie de provincie A, maar bij uitbreiding ook de andere leden van de familie). Kort samengevat vind ik het een overbodig bestuursniveau waarvan de taken evengoed, zoniet beter, op een hoger (regionaal) of lager ((inter)gemeentelijk) echelon kunnen worden uitgevoerd. Deze overweging belet me echter niet om toe te geven dat af en toe toch een lovenswaardig initiatief uit de kokers van de provinciale breinen komt opborrelen.
Tot deze categorie behoort zeker het vandaag voorgestelde ‘subsidiereglement voor bibliotheekinnovatie in de provincie A’ (tekst nog niet beschikbaar op de website van het PBC). Hiermee wil de provincie de openbare bibliotheken uit haar werk
gebied stimuleren om open te staan voor vernieuwing en verandering. Het verrassende aan het reglement is dat het daarbij niet enkel gaat om “technologische vernieuwingen of herinrichtingen, maar dat ook inventieve werkprocessen, creatief personeelsbeleid, inspirerende bibliotheekmarketing of originele ledenwerving” voor subsidiëring in aanmerking komen.
Natuurlijk had de maximale financiële tussenkomst nog hoger mogen zijn, had de papierberg wat mogen krimpen en de 5-jaren grens naar beneden mogen opschuiven. Maar ook met het huidige aanbod moet het de Antwerpse bibliotheken een innovatie-impuls kunnen geven. Het enige wat in het voorliggende reglement ontbreekt is de presentatie van de goedgekeurde projecten. Het kan niet de bedoeling zijn dat de toegekende middelen enkel de aanvragende bibliotheek en haar gebruikers ten goede komen; ook de andere bibliotheken moeten kennis en gebruik kunnen maken met en van het gepresteerde denk- en doewerk. Een forum waarop de projecten worden voorgesteld en toegelicht, lijkt me dan ook een welgekomen aanvulling; het Digitaal Kenniscentrum Vrieselhof het meest aangewezen instrument.
eral Manager BeLux van Microsoft. Onder de titel ‘A new world of work’ presenteerde hij een visie op de veranderende manier van bedrijfsvoering door de steeds sneller voortschrijdende technologische evolutie en de impact hiervan op werkrelaties en –processen. Het wekt geen verwondering dat de spreker stil bleef staan bij het gemak waarmee onze kinderen aan multi-tasking doen en de invloed hiervan op organisaties wanneer deze groep zich als nieuwe medewerkers op de arbeidsmarkt komt aanbieden. Een ervaring die heel wat (oudere) bibliotheekmedewerkers zullen herkennen omdat ook zij in de dagelijkse praktijk geconfronteerd worden met gebruikers die veel vertrouwder zijn met de werking van de nieuwe media dan zij als informatiespecialisten zelf zijn.
